RILLENOnderdelen van de envelop - A -Sluitklep (dienst- en akte-envelop) - B -Voorkant (dienst- en akte-envelop) - C1-Onder- of bodemklep / achterkant (dienst-envelop) - C2 Onderklep (akte-envelop) - D -Zijklep (dienst- en akte-envelop) - E -Bodemklep / achterkant (akte-envelop) Rillen en vouwen Om de kleppen van een envelop goed te kunnen vouwen, is het nodig om het papier op de betreffende plaatsen vooraf te vouwen. Het aanbrengen van de voorvouw of ril voor de sluit- en onderklep gebeurt in de machine met een
zogenaamde knikwals. De knikwals bestaat uit een wals, waarop twee rilmessen zijn gemonteerd, één voor de sluitklepvouw en één voor de onderklepvouw. Als een rilmes niet goed wordt gemonteerd, is er een kans op kromme enveloppen aan de boven of onderkant van de envelop. De ril voor de zijkleppen wordt aangebracht met ronde rilmessen, die in de richting van de papierbaan meedraaien. Na het rillen van alle kleppen worden de zijkleppen belijmd en via geleiders omgevouwen en vastgeplakt. |